5 Tips voor een sterke achterhand

Als je op zoek bent naar manieren om de achterhand van je paard te versterken, kom je vaak dezelfde adviezen tegen: oefen met overgangen, draven over balkjes, galopwerk, zijgangen, enzovoort. Hoewel dit op papier goede tips zijn, merk ik dat er in de praktijk vaak iets belangrijks ontbreekt: de context.

Een paard leert namelijk niets van het herhalen van oefeningen als de uitvoering niet klopt. Sterker nog, het kan het paard zelfs slechter maken. In deze blog leg ik uit waarom het essentieel is om verder te kijken dan de oefening zelf en je vooral te richten op hoe het paard beweegt.

Meer dan alleen oefeningen

Overgangen, balkjes, galop – het zijn populaire trainingsvormen om de achterhand te activeren. Maar wat als een paard een overgang maakt door in de boeg te hangen en de achterbenen alleen gebruikt om te stuwen? Dan train je misschien wel precies het tegenovergestelde van wat je wilt bereiken.

Hetzelfde geldt voor draven over balkjes. Als een paard moeite heeft met coördinatie of rompstabiliteit, kan het effect van die oefening negatief zijn. Mijn eigen paard Diego is daar een goed voorbeeld van. Hij heeft van nature weinig rompstabiliteit. Als ik hem balkjes laat draven, merk ik dat hij tijdens de training juist achteruitgaat in plaats van vooruit. Dat is het moment waarop ik de oefening aanpas of oversla.

Kijk naar het lichaam, niet alleen het schema

In plaats van je training te baseren op een standaardlijst met oefeningen, raad ik aan om te kijken naar het lichaam van het specifieke paard waarmee je werkt. Hoe beweegt het paard? Waar zit de compensatie? Hoe ziet de balans eruit?

Soms ligt de oorzaak van een zwakke achterhand niet in de achterhand zelf, maar in een compensatie elders in het lijf. Misschien is de rug gespannen, of draagt het paard zich verkeerd vanuit de hals. Dan kun je wel zijgangen gaan rijden, maar dat zal weinig verbeteren aan het onderliggende probleem. Sterker nog, je versterkt de compensatie.

Begin bij de oorzaak, niet bij het gevolg

Een sterke achterhand ontstaat niet automatisch door het vaak genoeg oefenen van bepaalde bewegingen. Het ontstaat door het lichaam in zijn geheel te begrijpen en trainen. Dat begint bij het herkennen van compensatiepatronen en het herstellen van de basis. Pas als het paard zich kan dragen, ontspannen en correct bewegen, hebben oefeningen als balkjes, overgangen of zijgangen écht effect.

Kortom: wees kritisch op wat je traint, maar vooral op hoe je het traint. De uitvoering is belangrijker dan de oefening zelf. Elk paard heeft andere behoeften, en pas als je daarnaar durft te kijken, kun je gericht bouwen aan kracht, balans en samenwerking.

Wil jij ook op een passende manier aan de slag om jouw paard te verbeteren? Neem contact op ik puzzel graag mee!